Biofumigatie effectief tegen nematoden
Door biofumigatie (het telen en daarna onderwerken van gewassen die toxische verbindingen bevatten of vormen bij het onderploegen) kan de populatie aardappelcystenaaltjes met gemiddeld 42 procent afnemen, zo blijkt uit de proefresultaten van seizoen 2011-2012. Dit is vergelijkbaar met twee jaar teelt zonder waardplanten. Vroegere inzaai van de biofumiganten zal deze reductie nog verder vergroten.
Kruisbloemigen
De biologische grondontsmettende werking is te danken aan de in kruisbloemigen aanwezige hoge concentraties glucosinolaten. Wanneer een plantdeel beschadigd raakt, komt glucosinolaat vrij uit de plantencellen. Het toxische gasvormige isothiocyanaat dat hierdoor gevormd wordt, heeft een vergelijkbare werking als metam-natrium.
Vroegere inzaai
De afname van gemiddeld 42 procent minder levensvatbare eieren van het aardappelcystenaaltje kan volgens Vincent Coolbergen, productmanager bij veredelingsbedrijf Limagrain, nog verder omhoog. ‘Bijvoorbeeld door een vroegere inzaai, een betere methode van in- en onderwerken van de groenbemester en verdere optimalisering van het mengsel.’
Dit jaar starten Limagrain en Joordens Zaden proeven voor het verder verbeteren van de technieken voor biofumigatie. ‘Belangrijk is een zo snel mogelijke onderwerking van het groenbemestingsgewas, gecombineerd met een verdichting van de bovenlaag’, aldus Coolbergen.
Het onderzoek naar het effect van biofumigatie werd in Engeland uitgevoerd door Vegetable Consultancy Services Ltd en Harper Adams University.